Deze licht gebogen kasseistraat achter het stadspark herbergt enkele wonderlijke gebouwen. Hieronder een kort overzicht van de belangrijkste:
Zwarte Nonnenstraat 28: klooster van de zwartzusters
Zwarte Nonnenstraat 30, 36, 38, 40 en 42: 19de eeuwse arbeiderswoningen waarvan nummer 38 een laadvenster boven het poortje heeft.
Zwarte Nonnenstraat 39: Pastorie van de Sint-Walburgakerk
Naamkeuze Zwarte Nonnenstraat
De straatnaam is gekozen door de aanwezigheid van het klooster van de Zwartzusters ( voluit De Congregatie van de Zwarte Zusters van de H. Augustinus ). Een begijnenorde die in de 14de eeuw is ontstaan en erkend in de Zuiderlijke Nederlanden. Omdat ze enkel de eenvoudige gelofte afleggen, spreekt men niet van een kloosterorde maar van een congregatie.
In de beginjaren hielden de zusters zich vooral bezig met het verplegen en begraven van arme zieken zoals melaatsen en pestlijders, een groep zieken die in de 16de eeuw meer dan 1/3 van de bevolking trof.
Aan het einde van de 18de eeuw bezetten de Fransen onze gewesten en slaan aan het plunderen. Ook het klooster van de Zwartzusters in Veurne ontsnapt niet aan hun blinde woede tegen de Godsdienst. In 1796 keurt het Franse Revolutionair Bewind een besluit goed tot afschaffing van alle kloosters. Alle gebouwen en bezittingen worden openbaar verkocht. Als enkele jaren later Napoleon aan de macht komt, wordt de kerkvervolging gestaakt.
In het begin van de 19de eeuw bleef er maar één zuster over om naar het totaal verwoeste klooster te kijken. Samen met pastoor Rousseeuw schrijft ze een brief naar de bisschop van Gent om de toelating te krijgen een nieuw klooster op te starten. Langzaam groeit het aantal zusters en in 1822 krijgen ze de toestemming om een deel van hun voormalig klooster terug te kopen. Dit konden ze dankzij de financiële steun van Nicolaus de Roovere ( laatste monnik van de afgeschafte abdij Ter Duinen ).
Na de Belgische onafhankelijkheid kregen de zwartzusters nog meer vrijheid en krijgen ze de toestemming om opnieuw de eeuwige geloften af te leggen zoals voor de tijd van de Franse Revolutie.
Op het einde van WO I wordt het klooster zwaar beschadigd. Gelukkig gaven de zusters toen les aan kinderen uit de frontstreek in Wulveringem. Het kloosters was toen dus onbewoond en geraakte niemand gewond. Het klooster was in 1923 weer volledig opgebouwd.
In WO II moesten de zusters plaatsmaken voor de Duitsers die hun intrek namen in het klooster. Ze namen hiervoor tijdelijk hun intrek in de Vleeshouwersstraat.
Hier is Veurne ontstaan! Op een zoutwinningsgebied wordt in de 9de eeuw een vesting gebouwd ter bescherming tegen de Noormannen. Er werd ook een motte aangelegd. Dit is een kunstmatige heuvel. Een oude waterput is hier nog de getuige...
De Sint-Walburgakerk start zijn geschiedenis in de 9de eeuw als burgkapel om daarna omgebouwd te worden als romaanse kerk gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw. Rond de 10de eeuw kreeg de kerk relikwieën van Sint-Walburga ( waarschijnlijk door Dieric...
Stadhuis
Als je Veurne vluchtig bezoekt dan nog dien je je voeten vegen en deze 17de eeuwse woningen in Vlaamse renaissancestijl binnen gaan.
Voor 3 euro kan je het 18de-eeuws interieur van zowel het stadhuis als landhuis bewond...
Karel Cogge verdient veel eer omwille van zijn rol in de eerste wereldoorlog. De Duitse opmars is toen tot een stilstand gebracht door het gecrontroleerd onderwater zetten van de IJzervlakte.
In de eerste maanden van WO I moest het Belgi...
Het marktplein van Veurne is dé vertrekplaats voor ettelijke wandelingen en fietstochten. Ook voor een stadswandeling in Veurne is dit de ideale start. Waar je ook kijkt, rondom zie je eeuwenoude en geklasseerde gebouwen waaronder het stadh...
Ook in Veurne werden tussen 1450 en 1640 vele heksen verbrand. 35 om precies te zijn.
Een gekende heksenverbranding voor Veurne is dit van Bette Blaere. Toen haar dochter, Maye de Waele ondervraagd en gefolterd werd om hekserij te bekke...