Frans-Vlaanderen of soms ook wel eens de Franse Westhoek, strekt zich uit tussen Duinkerke en Lille. Het was pas in de 17de eeuw dat Frans-Vlaanderen bij Frankrijk ging behoren. Daarvoor was het onderdeel van het graafschap Vlaanderen.
Frans-Vlaanderen wordt geografisch begrensd door de Noordzee in het noorden, de staatsgrens met België (schreve) in het oosten, de rivier de Leie in het zuiden en de rivier de Aa in het westen.
Strikt genomen omvat Frans-Vlaanderen ook een stukje Opaalkust. Zo zijn Grevelines en Duinkerke dus eigenlijk ook een onderdeel maar aan de kust zijn de typische gewoontes en gebruiken reeds vervaagd door het kusttoerisme.
Welke steden bezoek je in Frans-Vlaanderen?
Om Frans-Vlaanderen te bezoeken trek je best één volledige dag uit en meer als je de wandelschoenen wenst aan te trekken. Vooral de het vestingstadje Bergues en het hoogste dorpje Cassel dienen op je je lijst te staan.
Vandaag leeft Cassel van het dagtoerisme dus verwacht geen doodstil dorp maar aan kuierende toeristen en vele winkeltjes met regionale producten. Vergelijk Cassel wel niet met Brugge of andere kunststeden: het is een gezellige drukte en zeker geen overrompeling.
Wat je niet mag missen is het Musée de Flandre en het uitkijkpunt. Je kan hier tot 50km ver zien bij goed weer.
Bergues bezoek je om zijn vestingen, het historische centrum en de Sint-Winoksabdij
We hebben ook een stadswandeling in Bergues uitgetekend voor jullie om alles eenvoudig te ontdekken
Deel op Facebook >TravelTalia gebruikt cookies om je een zo goed mogelijke ervaring te geven. Meer informatie > | Ik snap het! |