Het kasteelcomplex is gelegen binnen een brede omgrachting en bestaat uit een burcht en een kasteelboerderij als voorburcht. De burcht is een geheel onderkelderd viervleugelig vierkant gebouw rond een kleine binnenplaats. Het is een zeldzaam voorbeeld van een mottekasteel, een kasteel op een kunstmatig opgeworpen heuvel. De motte met daarop de burcht ligt als een eiland in de omgrachting.
De kelders van de burcht hebben mergelstenen tongewelven en in de buitenmuren zijn schietgaten aangebracht. De vier vleugels van het huidige kasteel, welke zijn voorzien van een lessenaardak, zijn in het begin van de 17e eeuw in Maaslandse renaissancestijl met raamomlijstingen in Naamse steen gebouwd door Nicolaas van Breyll (?-1655). Hij liet hierbij tevens de burchtheuvel vergroten tot een oppervlak van 36 bij 36 meter. Een chronogram op de ingangspoort vermeldt het jaartal 1622 als het bouwjaar van de burcht. In de achtervleugel is een vierkante traptoren opgenomen met een dubbele knobbelspits. Tevens bevindt zich hierin een vijfzijdige slotkapel uit 1643, voorzien van een stucplafond. Inwendig heeft het kasteel een grote zaal met een schouw met fries waarop de alliantiewapens van de familie Van Breyl zijn aangebracht.
De voorburcht is een U-vormige kasteelhoeve voorzien van de jaarankers '1630' en is in verschillende bouwfases tot stand gekomen. De west- en zuidvleugel werden het eerst gebouwd, de oostvleugel korte tijd later. Opmerkelijk is dat de aanvankelijk geplande hoektorens nooit zijn gebouwd. De toegang tot de binnenplaats van de kasteelhoeve is via een boogbrug over de buitenste omgrachting. Bij de ingang in de westvleugel bevindt zich een poortwachterswoning en een melkhuisje. In de 18e eeuw werd aan het uiteinde van de oostvleugel nog een schapenhuis toegevoegd.
De geschiedenis van de motteburcht gaat waarschijnlijk terug tot de 10e eeuw. In de vroege middeleeuwen verrees hierop vermoedelijk een houten toren of houten motteburcht. Later werden deze houten constructies vervangen door stenen bouwwerken. Zeker is dat onder de huidige bebouwing de restanten zijn gevonden van een vermoedelijk 12e-eeuwse ronde donjon opgetrokken uit natuurstenen metselwerk en die later, omstreeks 1250, herbouwd is. Deze herbouw is waarschijnlijk uitgevoerd door de eerste heren van Lemborch, waarvan Hermannus de Lemburg de oudst bekende heer van Limbricht is. Hij leent de heerlijkheid Limbricht aan de hertogen van Brabant, dat wil zeggen dat deze hier volgens eigen goeddunken mochten verschijnen en er desnoods tot een bezetting mochten overgaan.
Rond 1450 komt het kasteel in bezit van de familie Scheiffart de Merode die de burcht bijna twee eeuwen zou bewonen. Echter in 1579, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, logeert de hertog van Parma op het kasteel waarbij plundering en verwoesting zou plaatsvinden. In 1619 had Johan V Scheiffart van Merode, heer van Limbricht, de bedoeling 'de heerlyckheyt te submitteren aan den Culiksen Raede van Düsseldorf'. Maar na problemen over de erfopvolging in de Scheiffart de Merode familie, komt het kasteel tenslotte toe aan Nicolaas van Breyll, voorheen Nicolaas Mulrepas genaamd, de bouwer van het huidige kasteel. In de 1705 overlijdt de laatste telg uit het geslacht Van Breyll, Elisabeth Cecilia van Breyll. Het bezit gaat over naar de familie Van Bentinck in de persoon van Frans Nicolaas, baron van Bentinck. In 1794, bij het binnenvallen van de Fransen moet de familie Van Bentinck haar bezittingen opgeven. In 1810 wordt het kasteel aangekocht door de familie Michiels van Kessenich, die het gebouw als jachtslot ging gebruiken.
In de jaren 1813 en 1814 diende het kasteel als lazaret voor duizenden zieke en gewonde Franse soldaten, die terugkeerden van de volkerenslag bij Leipzig. Veel van deze soldaten leden aan dysenterie en ze werden verzorgd door de lokale bevolking. Een groot aantal van hen (687 soldaten) overleefden het niet en ze werden begraven op het Franse kerkhof in Limbricht. Ook een aantal Limbrichtenaren moesten hun inspanning voor de soldaten bekopen met de dood.
In 1917 werd het kasteel gebruikt als een interneringskamp voor Duitse krijgsgevangenen die de Belgisch-Nederlandse grens overschreden en door de Nederlandse overheid als smokkelaar werden opgepakt. Deel op Facebook > Kasteel Limbricht op de kaart >
De geschiedenis van kasteel Grasbroek hangt nauw samen met het even verderop gelegen Kasteel van Born, met name met de familie Van Drimborn die in de 16e eeuw de eigenaars waren van dat kasteel. Het was Alexander Van Drimborn, gehuwd met El...
Het klooster is gelegen aan de Plakstraat, in het zuidelijkste puntje van de omwalde binnenstad en grenst aan de voormalige stadswal en ligt vlak naast het Kritzraedthuis. Het bakstenen complex bestaat uit drie vleugels, een kloosterkerk en...
Kasteelpark Born is een dierenpark dat gelegen is in de tuinen van voormalig Kasteel Born. In het park ervaar je de rust die er al van oudsher heerst. Je kunt er heerlijk wandelen en genieten van de dieren en het natuurschoon.
De oorspronkelijke parochie dateert vermoedelijk al uit de vroege middeleeuwen; tot de 12e eeuw werden de meeste bisschopskerken aan Petrus gewijd. In 1299 werd de kerk uitgebreid met een kapittel met twaalf kanunniken, nadat Walram de Ross...
De kerk werd gesticht ten behoeve van de in 1867 in Sittard ingestelde Heilig Hartdevotie en verving hierbij de hiervoor veel te kleine kapel van het Ursulinenklooster. De bouw werd mede mogelijk gemaakt door giften uit heel Nederland. Op 2...
Tot in de eerste helft van de 20e eeuw was dit gebied nog grotendeels een ongecultiveerd bos- en moerasgebied en graslanden. Een opvallend wallen- en grachtenstelsel, bekend als de Hateboer, is midden in het gebied te vinden. Het is tot op ...