Wie we daar hebben: Tijl Uilenspiegel
Tijl Uilenspiegel was een deugniet die in de zestiende eeuw iedereen voor de gek hield met zijn streken. Enkele verhalen van deze vlegel en wat achtergrond...
Wie was Tijl Uilenspiegel?
Onze vriend was een fictief personage die voor het eerst verscheen in een verhaal van Herman Bote. Herman was stadsklerk in Brunswijk NedersaksenDyl Ulenspeghel en schreef in zijn vrije tijd enkele grappige anekdotes over een personage genaamd Dyl Ulenspeghel. Dit personage was wel totaal anders dan hoe wij Tijl nu kennen. Platvloer en zonder diepgang.
Het boek van Herman wordt als basiswerk genomen en er komen vele andere boeken over Tijl uit. Het is echter het boek uit 1867 van de Belgische schrijver Charles de Coster die Tijl beroemd zal maken. Hij geeft Tijl ook zijn gekende geboorteplaats: Damme.
De Tijl Uilenspiegel van De Coster is meer dan een luchthartige vagebond en kwajongen: hij is een Vlaamse vrijheidsstrijder die aan de zijde van de Geuzen tegen de Spaanse overheersing vecht. Daarbij wordt bijgestaan door zijn goedmoedige dikke vriend Lamme Goedzak en zijn vriendin en zoogzuster Nele. Sindsdien wordt Uilenspiegel met Vlaanderen geassocieerd.
De naam verklaart
Uilenspiegel komt van het feit dat in de middeleeuwen een uil het symbool van domheid was en spiegel was hoe mensen zich zien zoals ze echt zijn. Met andere woorden laat Tijl de mensen zien dat ze eigenlijk zo dom zijn als een uil.
Enkele volkswijsheden met Tijl Uilenspiegel in een hoofdrol
- Tijl Uilenspiegel huilde als het mooi weer was, want dan zou het vast minder worden. Hij lachte als het slecht weer was, want dan kon het alleen maar beter worden.
- Tijl Uilenspiegel ligt aan de kant van de weg en roept steeds maar weer, hartverscheurend: 'O, wat ben ik...'. Omdat de mensen denken dat hij ziek is, brengen ze Tijl naar bed. Als Tijl in bed ligt, besluit hij 'O, wat ben ik lui!'.
- Tijl Uilenspiegel komt langs een hoop walmende paardenpoep. 'Waar rook is, is vuur' denkt Tijl. Hij probeert daarop zijn pijp bij het 'vuur' aan te steken
Kortverhalen van Tijl Uilenspiegel
Er zijn verschillende kortverhalen die een levensles moeten zijn.
Hoe Uilenspiegel de ridders versloeg
Uilenspiegel woonde in Hasselt bij een arme boer die de ridders moest bevoorraden. De boer kreeg hier nauwelijks iets voor terug en de ridders plunderden heel Hasselt. Uilenspiegel ging naar de ridders toe en vertelde hen over een magische wensput. De ridders hadden hier wel oor naar en besloten de dag erop naar de put te gaan. Uilenspiegel klom in de put. Eenmaal aangekomen bij de put stapte de koenste ridder van diens paard en liep af op de put. De put riep tot de ridder zijn wens te uiten en de ridder wenste honderd maagden in hun kamp. Toen de ridders terugkwamen in hun kamp stonden honderd vrouwen daar. De ridders besloten een groot feestmaal met veel drank en spijs te houden en aten en dronken tot ze niet meer konden. Toen de ridders sliepen bracht Uilenspiegel de paarden naar de boeren, de tenten en kleren naar de zwervers en de harnassen, zwaarden en schilden naar de smeden. Toen de ridders wakker werden kwamen ze erachter dat ze alles verloren hadden en vol schaamte naakt terug moesten naar de koning.
Hoe Uilenspiegel de koning nadeed
Uilenspiegel was op bezoek bij een dikke koning die alleen de beste spijzen at. Tijl stelde voor dat hij bij de koning mocht verblijven als hofnar. De koning nam hem aan omdat hij van lachen hield. Uilenspiegel trad elke avond op ter vermaak van de koning. Toen de koning een avond weg was had Uilenspiegel zoveel gegeten dat hij even dik was als de koning. De volgende avond trad hij op en deed hij de koning na. Toen lachte het hele volk de koning uit en verliet de koning het land uit schaamte. Uilenspiegel deelde toen alle spijzen van de koning uit aan het volk.
Tijl in Damme
De vermeende geboorteplaats van Tijl heeft een museum gewijdt aan Tijl Uilenspiegel en ook een standbeeld van Tijl.
Deel op Facebook >
wandelingen & reisgidsen? Ook in Damme! Wordt gratis lid >
TravelTalia Magazine